FEEDBACKFORMULIER

Wij waarderen uw feedback!

FEEDBACK
Dit veld is verplicht
Dit veld is verplicht

* verplichte velden

CPB: Economische ontwikkelingen veel minder extreem dan eerder verwacht

Belangrijkste inzichten
  • Het CPB heeft op 31 maart 2021 het Centraal Economisch Plan 2021 (CEP) en een update van de Middellange Termijn Verkenningen 2022-2025 gepubliceerd.
  • De economie heeft het in 2020 minder slecht gedaan dan eerder voorspeld (BBP – 3,7%). De groei in 2021 is minder sterk (+2,2%) maar zet wel weer door in 2022 met +3,5% en de jaren daarna met steeds +2%. Daarmee doet de economie het ook op de langere termijn beter dan eerder voorzien.
  • Het opvallendst is dat het CPB nu een veel minder sterke stijging van de werkloosheid verwacht: van 3,8% in 2020 naar 4,4% in 2021 en 4,7% in 2022, waarna de werkloosheid weer langzaam afneemt.
  • Naast het basisscenario schetst het CPB ook alternatieve scenario’s. Een optimistisch scenario, een negatief scenario en een digitaliseringsscenario.
  • Wat uiteindelijk ook gebeurt, er verandert niets aan het perspectief dat levenlang ontwikkelen en omscholing van overschot- naar tekortberoepen de komende jaren hoog op de beleidsagenda zou moeten staan.

Het CPB heeft op 31 maart 2021 het Centraal Economisch Plan 2021 (CEP) en een update van de Middellange Termijn Verkenningen 2022-2025 gepubliceerd. De economie heeft het in 2020 minder slecht gedaan dan eerder voorspeld (BBP – 3,7%). De groei in 2021 is minder sterk (+2,2%) maar zet wel weer door in 2022 met +3,5% en de jaren daarna met steeds +2%. Daarmee doet de economie het ook op de langere termijn beter dan eerder voorzien. Maar het opvallendst is dat het CPB nu een veel minder sterke stijging van de werkloosheid verwacht (waarvan de stijging natuurlijk ook het afgelopen jaar enorm meeviel): van 3,8% in 2020 naar 4,4% in 2021 en 4,7% in 2022. Daarna neemt de werkloosheid weer langzaam af.

De crisis en de economische ontwikkeling

Nederland is doorvoerland en daarmee zeer afhankelijk van de ontwikkeling van de wereldeconomie. Daardoor zouden we relatief veel last hebben van verstoringen van de economie. Wat betreft de covidcrisis lijkt dit echter mee te vallen. Nederland blijkt tijdens en na de crisis een van de vlakste economische ontwikkelingen van heel Europa te hebben. Eerder was door het CPB landelijk een achteruitgang van het BBP voorspeld van 6% (juniraming 2020) 5% (augustus 2020 in de MEV) en 4,2% (novemberraming). Lagen deze percentages vaak al flink lager dan in andere EU-landen, de uiteindelijke realisatie ziet er nog minder slecht uit. Natuurlijk kreeg de economie door de lockdown een forse klap, maar die is uiteindelijk voor 2020 beperkt gebleven tot een verlies van 3,8% van het BBP. Volgens de in begin april 2021 verschenen World Economic Outlook van het IMF trekt de wereldeconomie (en met name de economie in de Verenigde Staten) ook nog eens sterker aan dan eerder voorspeld.

In onderstaande visualisatie kunt u de verandering in BBP ten opzichte van een jaar eerder zien voor het derde kwartaal van 2020. In provincie Friesland is dit verlies beperkt gebleven, terwijl het verlies in Noord-Holland relatief hoog lag.

Verandering van toegevoegde waarde in kwartaal 3 2020 t.o.v. een jaar eerder

Al eerder hebben we laten zien dat de stijging van de werkloosheid ook beperkt is gebleven. Ongetwijfeld hebben de regelingen ter versterking van kwetsbare bedrijven, die hun personeel daardoor in dienst konden houden, hierbij aanzienlijk geholpen. De werkloosheid bedroeg in 2020 gemiddeld 3,8%. In de visualisaties hieronder kunt u het werkloosheidspercentage in 2020, alsook de ontwikkeling van het werkloosheidspercentage in de afgelopen jaren per provincie bekijken. In vergelijking met eerdere jaren is te zien dat de werkloosheid in 2020 is toegenomen in alle provincies. In Groningen licht het werkloosheidspercentage met 4,5% het hoogst, terwijl Zeeland relatief de minste werkloosheid ziet met 3%.

Werkloosheidspercentage, naar provincie (2003-2020)
Ontwikkeling werkloosheidspercentage, naar provincie (2003-2020)

De achteruitgang van de werkgelegenheid was in 2020 uiteindelijk 3,5%. Dat valt ook gunstiger uit dan eerder geraamd, hoewel het CPB hier in de tweede helft van 2020 al positiever over dacht dan toen covid net had toegeslagen. Hieronder ziet u de meest recente data over ontwikkelingen in werkgelegenheid in de afgelopen jaren voor uw regio.

Ontwikkeling arbeidsplaatsen, naar regio
Ramingen voor 2021 en 2022

In het Centraal Economisch Plan en de tegelijk daarmee verschijnende Update Middellange Termijnverkenningen 2022-2025 raamt het CPB de toekomstige ontwikkeling van economie, werkgelegenheid en werkloosheid. Het blijkt dat de het CPB voor 2021 een aanzienlijk lagere groei voorziet dan eerder geraamd, maar opgeteld ziet het plaatje voor 2020 en 2021 er ongeveer hetzelfde uit als in eerdere ramingen. In de Meerjarige Economische Verkenningen (MEV; september 2021) werd een daling van het BBP van 1,5% voorspeld over 2020 en 2021, in de novemberraming was het 1,4% en nu in het CEP weer 1,5%.

Je zou hieruit de conclusie kunnen trekken dat de kleinere achteruitgang van de economie in 2020 leidt tot een minder sterke groei van de economie in 2021. Het ligt echter toch complexer. Dat de achteruitgang in 2020 meevalt, heeft te maken met de structuur van de Nederlandse economie en het grote pakket aan steunmaatregelen. De geringere groei in 2021 wordt vervolgens vooral veroorzaakt door de meerdere golven van covid die zijn gevolgd, en dat er daardoor nu al langer sprake is van een stevige lockdown.

Middellange termijn

De verwachte bevolkingsgroei is groter dan eerder verwacht. Dat heeft het CPB ertoe gebracht om voor de jaren 2023-2025 de voorspelling van de groei van de economie naar boven bij te stellen: van 1,4% of 1,5% per jaar in eerdere ramingen naar 2% per jaar. Daarmee komt het BBP in 2025 uiteindelijk 2% hoger uit dan voorspeld. Dat is overigens nog wel steeds 3% lager dan voorafgaand aan de crisis werd verwacht.

Belangrijk is dat volgens het CPB de werkloosheid ook veel minder snel gaat oplopen dan eerder voorzien. In juni 2020 verwachtte het CPB nog een werkloosheid van 7% in 2021. In augustus werd dit bijgesteld naar 6,5%, waarna men in november verwachtte dat het werkloosheidspercentage dit jaar 6,1% zou bedragen. In het CEP 2021 is de voorspelling verder aangepast. Er wordt verwacht dat de werkloosheid dit jaar 4,4% bedraagt en volgend jaar zal oplopen naar 4,7%. In het CEP laat het CPB zien dat vooral jongeren en flexwerkers door werkloosheid zijn getroffen. Vanaf 2022 zal de werkloosheid volgens de Update Middellange Termijnverkenningen 2022-2025 weer afnemen.

Het arbeidsmarktprobleem in 2025: grote verschillen

In 2019 was de voorspelling dat na een lichte terugslag de economie weer zou groeien en dat we een grote krapte aan personeel zou ontstaan. Na de komst van corona dreigde eerst een omgekeerd beeld: een aanzienlijke werkloosheid. Het ziet ernaar uit dat we in 2025 zullen kampen met een dubbel arbeidsmarktprobleem. Er vormt zich een beeld van een groot tekort aan personeel en tegelijkertijd een stijging in werkloosheid. In de sectoren techniek, zorg, onderwijs, en voor het hbo-opgeleiden in het algemeen, waar tot begin 2020 ook al steeds forsere tekorten waren, neemt de krapte verder toe. Deze sectoren kampen namelijk met een vergrijsd personeelsbestand en daarvoor moeten veel vervangers worden opgeleid. Een minder hoge werkloosheid betekent echter dat minder jongeren en werklozen in deze sectoren zullen instromen. Daarnaast lijken er, vooral voor jonge afgestudeerden, kansen in concurrerende sectoren te bestaan. De werkloosheid stijgt echter wel, en voor wie nu niet aan het werk is of op latere leeftijd zijn werk verliest en niet in een krapteberoep werkt, wordt het zonder omscholing heel lastig om aan het werk te komen.

Alternatieve scenario’s

Naast het basisscenario schetst het CPB ook alternatieve scenario’s. Een optimistisch scenario gaat uit van een grotere veerkracht van de economie. Dan zit het BBP eind 2022 al bijna weer op het niveau dat voor corona met betrekking tot de economische groei werd voorspeld. In dit scenario ligt de werkloosheid eind 2022 op 4,1% (tegen 4,5% in het basisscenario). Op termijn loopt de arbeidsmarkt in kraptesectoren dan nog verder vast. Een negatief scenario dat uitgaat van een nieuwe terugslag leidt tot een BBP dat eind 2022 zo’n 4% lager uitkomt dan in het basisscenario. De werkloosheid loopt bij een nieuwe terugslag op tot 6% in 2022. In dit geval is de werkloosheid weer het grootste probleem.

Er bestaat ook nog een optie dat bedrijven reageren op de crisis en op de krapte aan personeel door te digitaliseren en te robotiseren: om eerst kosten te drukken en later om niet te afhankelijk te zijn van de arbeidsmarkt. McKinsey voorspelde in maart 2020 een dergelijke trend. Als deze voorspelling werkelijkheid zou worden, dan zou de werkloosheid in 2025 wel eens kunnen oplopen tot 10%. Op het dashboard ENZuid Prognoses voor het Economisch Netwerk Zuid-Nederland en het bijbehorende rapport vindt u voorspellingen over onder meer werkgelegenheid, werkloosheid en toekomstig arbeidsmarktperspectief op basis van 3 verschillende toekomstscenario's.

Wat uiteindelijk ook gebeurt, er verandert niets aan het perspectief dat levenlang ontwikkelen en omscholing van overschot- naar tekortberoepen de komende jaren hoog op de beleidsagenda zou moeten staan.

POWERED BY

powered by